Kenmerken van personen geregistreerd in het Doelgroepregister (eindbestand) (01-01-2018 - 01-01-2020)

Dit microdatabestand bevat gegevens uit het Doelgroepregister van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV). Het bestand is samengesteld voor On Site en/of Remote Access analyses ten behoeve van onderzoek naar de populatie in het Doelgroepregister in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Voor gebruik is toestemming van het Ministerie van SZW vereist. Verzoeken lopen via het CBS, afdeling Sociale Zekerheid.

Het Doelgroepregister is een landelijk register waarin alle mensen staan die vallen onder de banenafspraak. Het UWV beheert dit register. Met de gegevens uit het Doelgroepregister kan het ministerie van SZW controleren of werkgevers de afgesproken extra banen voor mensen met ziekte of handicap realiseren. Werkgevers en gemeenten kunnen met het Burgerservicenummer zien of een werknemer, sollicitant, uitzendkracht of gedetacheerde werknemer in het Doelgroepregister staat. Naast personen, die onder de banenafspraak vallen, zijn ook personen in het register opgenomen, die niet onder de banenafspraak vallen, zoals bijvoorbeeld personen met een beschikking beschut werk.

In het microdatabestand zitten alle personen die op enig moment in de verslagperiode een lopende grondslag hadden. De belangrijkste variabelen die in het bestand voorkomen zijn

• AANVSSBBUS: de begindatum van de geldigheidsperiode van een record;
• EINDSSBBUS: de einddatum van de geldigheidsperiode van een record;
• DGR_CODE_GRONDSLAG_ARBEIDSBEPERKTHEID A t/m F: de codes van de grondslag (recht) op basis waarvan de (mogelijke) arbeidsbeperktheid van een persoon is opgenomen in het Doelgroepregister;
• DGR_CODE_REDEN_EINDE_GABP A t/m F: de redenen van de beëindiging van de grondslagen.

Meer informatie over het verkrijgen van toegang tot de data:

> https://www.cbs.nl/nl-nl/onze-diensten/maatwerk-en-microdata/microdata-zelf-onderzoek-doen

Methodiek

De bron van de gegevens is het registratiebestand van het Doelgroepregister van het UWV. Het is een dynamisch bestand/bestand op het niveau van mutaties. Het UWV levert twee keer per jaar een bestand met voorgeschreven kenmerken over de mutaties in het registratiebestand. Het bestand van het CBS is een tijdloze BUS. Vanaf het kalenderjaar 2018 worden zowel bestanden over de verslagperiode van het eerste halve jaar van een kalenderjaar (januari t/m juni) gepubliceerd als bestanden over de verslagperiode van een heel jaar. Voor beide verslagperioden wordt een voorlopige en een definitieve versie gepubliceerd. Bij de voorlopige versie van de verslagperiode hebben nog niet alle bronnen van het Doelgroepregister hun bestanden aan het UWV geleverd. Bij de definitieve versie van de verslagperiode is de aanlevering van alle bronnen vrij compleet.

Populatie

De populatie van het Doelgroepregister wordt voornamelijk gevormd door iedereen die tot de doelgroep van de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten behoort. Daarnaast staan ook personen in het Doelgroepregister die niet vallen onder de banenafspraak, dit zijn personen met DGR_CODE_GRONDSLAG_ARBEIDSBEPERKTHEID:

• 05 Beschikking beschut werk Participatiewet Ingangsdatum 1-1-2012
• 23 WSW beschut werk Ingangsdatum 1-1-2012
• 31 Medisch urenbeperkt (deze code wordt vanaf bestanden 2019062/2019121 meegeleverd)
• 32 Begeleiding jobcoach Ingangsdatum 1-1-2012

Sinds invoering van de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten is de bijbehorende doelgroep regelmatig aangepast:

• Onder andere is per 1 januari 2020 de quotumgroep onderdeel geworden van de doelgroep banenafspraak.
• Daarnaast is met ingang van december 2017 de t+2 regel opgeschort. Dat betekent dat sinds die tijd mensen in principe niet meer uit het Doelgroepregister kunnen stromen.

De volgende mensen staan in het Doelgroepregister en vallen onder de banenafspraak: - Mensen die onder de Participatiewet vallen, van wie wij vaststellen dat zij niet 100% van het wettelijk minimumloon kunnen verdienen.

• Mensen die onder de Participatiewet vallen van wie wij vaststellen dat zij alleen met de voorziening jobcoaching het wettelijk minimumloon kunnen verdienen.
• Schoolverlaters van het voortgezet speciaal onderwijs (vso) en het praktijkonderwijs (pro) die zich hebben aangemeld bij het UWV.
• Mensen met een WSW-indicatie (voormalige Wet Sociale Werkvoorziening).
• Mensen met oude Wajong of Wajong 2010 die kunnen werken.
• Mensen met een WIW-baan (voormalige Wet inschakeling werkzoekenden) of een ID-baan (voormalig Besluit in- en doorstroombanen).
• Mensen die via de Praktijkroute in het Doelgroepregister instromen.
• De quotumdoelgroep: mensen die alleen met een voorziening (hulp, hulpmiddelen en regelingen) het wettelijke minimumloon kunnen verdienen, én een ziekte of handicap hebben die is ontstaan voor hun 18e verjaardag of tijdens hun studie.

Een record in het microdatabestand geeft een periode weer waar iemand met één of meerdere grondslagen voorkomt in het Doelgroepregister. Een record kan de informatie van maximaal zes grondslagen in een zelfde periode weergeven. De informatie van de eerste grondslag wordt aangegeven in de variabelen die eindigen met de letter A: CODEGRONDSLAGARBEIDSBEPERKTHEIDA, CODEREDENEINDEGABPA, DATUMEINDEREGISTRATIEA, DATUMEINDESOORTABPVOLGENSBRONA en NAAMBRONSOORTARBEIDSBEPERKTHEIDA, de informatie van de tweede grondslag wordt weergegeven in dezelfde variabelen eindigend op de letter B (CODEGRONDSLAGARBEIDSBEPERKTHEIDB), de informatie van de derde grondslag wordt aangeduid met de letter C, enzovoort.

Personen kunnen met meerdere records in het microdatabestand voorkomen als ze grondslagen in verschillende periodes hebben:

• Als een persoon bijvoorbeeld drie grondslagen tegelijk heeft en één van de grondslagen beëindigd wordt terwijl de andere twee grondslagen nog verder lopen, dan krijgt deze persoon een nieuw record in het microdatabestand, omdat de periode van grondslagen gewijzigd is (één van de oorspronkelijk drie lopende grondslagen is beëindigd). Het eerste record beschrijft de periode, waarin de persoon met drie lopende grondslagen in het microdatabestand voorkomt. Het tweede record beschrijft de periode, waarin de persoon met twee lopende grondslagen in het microdatabestand voorkomt.
• Hetzelfde principe geldt als er een nieuwe grondslag bijkomt: stel een persoon had oorspronkelijk één lopende grondslag en vervolgens komt er één nieuwe grondslag bij. Vanaf het moment dat de tweede grondslag loopt, komt de persoon met een nieuw record in het microdatabestand te staan. Het eerste record beschrijft de periode met één lopende grondslag en het tweede record beschrijft de periode, waarin de persoon twee lopende grondslagen heeft.