hoofd in rivier of ander buitenwater van aarde, steen en/of rijshout (en tegenwoordig staal), bedoeld om stroomaanval op de oever tegen te gaan en/of de vaargeul op diepte te houden.
bij hoogwater af te sluiten opening in een dijk of een beermuur; gebruikt als doorgang voor weg of spoorlijn. Afsluiting meestal d.m.v. planken of schotbalken.
Bassin achter een tijhaven. Bij vloed wordt door middel van een sluis water ingelaten, bij laag water worden de sluisdeuren geopend zodat het gesedimenteerde slib de haven weer wordt uitgespoeld.)
Sommige dorpen zijn te typeren als gereduceerde of onvolledig ontwikkelde nederzettingen (gehuchten of buurtschappen), bijvoorbeeld Baarsdorp, Brijdorpe, Eversdijk, Hoogelande, Looperskapelle, Het Oud...